ELISABETH GETS HER WAY
Jan Martens / GRIP

9, 10 & 11 NOV, CAMPO nieuwpoort


Er zijn een paar zaken die maken dat ik me met Elisabeth Chojnacka verbonden voel. Ze wordt beschouwd als een meester van het ritme en in haar handen klinkt het klavecimbel soms meer als een percussie-instrument dan als een klavierinstrument. Als danser hou ik van ritme. Ik hou van de complexiteit van verschillende ritmes, en van de wiskunde erachter. Wanneer ik dans heb ik steevast de neiging om het ritme te volgen, nooit de melodie. Ritme biedt ruimte voor herhaling, minimalisme, trance. (...)
Jan Martens


De nieuwe solo van en door Jan Martens is een gedanst portret van de Poolse Elisabeth Chojnacka (1939 - 2017), een uitzonderlijk  getalenteerde en gepassioneerde muzikante die midden 20e eeuw medeverantwoordelijk was voor de revival van klavecimbelmuziek.

ELISABETH GETS HER WAY wil ode brengen aan deze vrouw, met een soundtrack die breed gaat, met werk van Nyman over Montague tot Ligeti, alle in een uitvoering van Chojnacka. De ambitie is om al dansend dicht bij de soms complexe partituren te blijven. Martens bespeelt zijn lichaam zoals Chojnacka dat deed met het klavecimbel. Verschillende bewegingsstijlen worden samengebracht, net zoals zij met enkele eeuwen aan muziekgeschiedenis in de vingers moeiteloos tussen registers en genres heen slalomde.

Ook in zijn grootschalige voorstelling any attempt will end in crushed bodies and shattered bones (die in december te gast is bij Opera Gent) gaat Jan Martens aan de slag met een uitvoering van Chojnacka. 



Jan Martens over ELISABETH GETS HER WAY

Voor mijn producties werk ik vaak samen met mensen die ondervertegenwoordigd, ondergewaardeerd en/of onzichtbaar zijn - in de maatschappij en op (het grote) toneel – en toon ik hun lichamen. Ik noem ze underdog-lichamen: van jonge lichamen (VICTOR, 2013) over oudere  ichamen (BIS, 2012) tot queer-lichamen (PASSING THE BECHDEL TEST, 2018). Lichamen van alle achtergronden en leeftijden: zowel van niet dansers (THE COMMON PEOPLE, 2016) als bv. een zeer atypisch corps de ballet van 17 professionele dansers tussen de 16 en 69 jaar oud (in ANY ATTEMPT WILL END IN CRUSHED BODIES AND SHATTERED BONES, 2021).

ELISABETH GETS HER WAY borduurt hier op voort, maar dan op een heel andere manier. Vaak zijn er bij dans - net als bij muziekconcerten - maar twee opties als het over muziek gaat:
1: er wordt een nieuwe partituur geschreven, of
2: choreografen maken een bewerking van een "klassiek" muziekstuk, zoals bijvoorbeeld De Goldbergvariaties.
Door in te haken op het werk van klaveciniste Elisabeth Chojnacka werd ik me bewust van de uren en uren muziek die ooit geschreven zijn, zelden uitgevoerd, vaak vergeten en nooit meer opnieuw tot leven gebracht. 
Hoe komt het dat deze sterke en unieke stemmen niet meer gehoord worden? 
En hoe komt het dat we de componist (of choreograaf) kennen, maar niet de vertolkers die de werken tot leven brengen?
Daarom besloot ik deze solo te maken, waarin ik zowel danser als choreograaf ben en waarin ik een eerbetoon breng aan een musicus en een repertoire dat niet vergeten mag worden - en een veel breder publiek verdient.
Een gelijkaardig proces volgde ik in PASSING THE BECHDEL TEST, waarin ik samen met een groep van 13 f/x jongeren probeerde een nieuwe canon van niet te missen teksten op te stellen, dit keer geschreven door vrouwelijke en/of queer auteurs.
Hedendaagse klavecimbelmuziek wordt misschien niet gezien als de meest sexy muziek, toch hoop ik dat deze solo niet alleen harten opent voor hedendaagse dans, maar ook voor een bepaald soort hedendaagse muziek waarvan vele mensen op voorhand denken dat het vermoedelijk niet hun cup of tea is.
(...)

Over Elisabeth Chojnacka

Chojnacka studeerde muziek en klavecimbel in Warschau en vervolgde haar opleiding in Parijs, waar ze in 1962 neerstreek. Ten tijde van de studentenprotesten in 1968 maakte ze kennis met avant-garde componisten als François-Bernard Mâche. Ze ontdekte de weinige – en zelden uitgevoerde - hedendaagse werken voor klavecimbel die niet erg populair waren. Deze zette Chojnacka mee recht. Geïnspireerd door haar talent en doorzettingsvermogen begonnen in de jaren zeventig en tachtig meerdere hedendaagse componisten werk voor klavecimbel te schrijven. De composities werden vaak aan Chojnacka opgedragen; en regelmatig ook door haar in première uitgevoerd. Veel van deze hedendaagse werken van bijvoorbeeld Ligeti, Xenakis, Ferrari, Berio en Halffter werden opgenomen op albums als CLAVECIN 2000 (1971), Le clavecin d'aujourd'hui (1977), en Le Nouveau Clavecin (1980). Naast hedendaags werk nam ze ook composities op die eeuwen geleden geschreven werden, o.a. te horen op de albums Danses et Musiques de la Pologne Ancienne (1975) en L'avant-garde du passé (1982). 
 

IN DE PERS

"Met haar flamboyante stijl bekeerde ze het grote publiek tot de klavecimbelmuziek, toch geen eenvoudig genre. In zijn intense hommage aan Chojnacka doet Jan Martens precies hetzelfde. [...] Samen met de vele historische referenties in het kostuumontwerp van Cédric Charlier houdt Martens de dans- en muziekgeschiedenis knap levend." ****, Charlotte De Somviele, De Standaard

"Ik heb in mijn leven al veel genre mash-ups gezien. Maar ik denk dat een gedanste documentaire over een muzikant voor mij een primeur was. [...] Door zijn bewegingen ontrafelt hij de complexiteit van de muziek en zorgt hij ervoor dat je aandachtig blijft luisteren. Het levert een overweldigende kennismaking met een briljante muzikant op." Marijn Lems, Cultureel Persbureau


CREDITS

choreografie & dans Jan Martens sound engineer documentaire Yanna Soentjens lichtontwerp Elke Verachtert kostuumontwerp Cédric Charlier video & muziek volledige lijst videofragmenten (© Archives INA) en muziekstukken: www.grip.house outside eye Marc Vanrunxt, Anne-Lise Brevers & Rudi Meulemans technische leiding Michel Spang/Elke Verachtert productie GRIP internationale spreiding A Propic - Line Rousseau & Marion Gauvent coproductie deSingel (Antwerpen, BE), Les Hivernales – CDCN d’Avignon (FR), Julidans (Amsterdam, NL), C-TAKT (Limburg, BE) & Perpodium (BE) residenties deSingel (Antwerpen, BE), Les Hivernales – CDCN d’Avignon (FR),Toneelhuis (Antwerpen, BE), ccBe (Antwerpen, BE), C-TAKT (Limburg, BE) & CN D – Centre national de la danse (Parijs, FR) met de financiële steun van de Vlaamse Overheid, de Taxshelter van de Belgische Federale Overheid & Cronos Invest met dank aan INA - l'Institut National de l' Audiovisuel, Les Ballets de Monte-Carlo sous la Présidence de S.A.R. la Princesse de Hanovre- Direction: Jean-Christophe Maillot, Graciane Finzi, Régis Mitonneau, Anne Montaron, Emmanuelle Tat, François-Bernard Mâche, Zygmunt Krauze, Stephen Montague, Raphaël de Gubernatis, Claire Verlet, Ty Boomershine, Joris van Oosterwijk, Liselotte Sels & Kinga Jaczewska